-
1 om de (dooie) dood niet!
om de (dooie) dood niet!jamais de la vie! -
2 om de dooie dood niet!
om de dooie dood niet!no way! not on your life!Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > om de dooie dood niet!
-
3 dood
dood1〈de〉1 [levenloosheid] death♦voorbeelden:klinische dood • clinical deathom de dooie dood niet! • no way! not on your life!2 een gewelddadige/natuurlijke dood sterven • die a violent/natural deatheen zachte/langzame dood • a gentle/slow deathaan de dood ontsnappen • escape deathdat is/wordt zijn dood • that will be the death of himde dood vinden • meet one's deathde dood nabij zijn • be close to deathmet de dood voor ogen • face to face with deathten dode (toe) opgeschreven zijn • be doomed to die, be a dead man/womaniemand ter dood veroordelen • condemn/sentence someone to deathiemand ter dood brengen • put someone to deathtot de dood ons scheidt • till death us do part————————dood23 [als versterking] 〈zie voorbeelden 3〉♦voorbeelden:dood of levend • dead or alivedood en begraven • dead and buriedhij was op slag dood • he died/was killed instantlymeer dood dan levend • more dead than alivezo dood als een pier • dead as a doornail, stone deadhij is op sterven na dood • he is dying: it's just a matter of time2 een dooie boel • a dull affair, a dead placeover het dode punt heen helpen • remove the deadlockdode vingers • dead fingerseen dode vulkaan • an extinct volcanoop zijn dooie gemak • at one's leisure -
4 dood
dood1〈de〉♦voorbeelden:een natuurlijke dood sterven • mourir de mort naturelleeen zachte dood • une mort douceaan de dood ontkomen • échapper à la mortiemand de dood injagen, insturen • envoyer qn. à la mortergens de dood vinden • trouver la mort qp.ten dode (toe) opgeschreven zijn • être un homme mortiemand ter dood brengen • mettre à mort, exécuter qn.iemand ter dood veroordelen • condamner qn. à mortgetrouw tot in de dood • fidèle jusqu'à la mortals de dood voor (van) iets zijn • avoir une peur bleue de qc.om de (dooie) dood niet! • jamais de la vie!〈 spreekwoord〉 de een zijn dood is de ander zijn brood • le malheur des uns fait le bonheur des autres————————dood21 mort♦voorbeelden:1 wat een dooie boel! • (ce que) c'est mort, ici!een dode hoek • un angle morteen dooie vent • un type pas drôledode vingers • doigts gourdsdood of levend • mort ou vifdood en begraven • mort et enterréplotseling dood blijven • mourir subitementzich dood houden • faire le mortiemand dood steken • tuer qn. d'un coup de couteaumeer dood dan levend • plus mort que vifik ben half dood van de kou • je suis à moitié mort de froidiemand voor dood laten liggen • laisser qn. pour morthij is op sterven na dood • il est à deux doigts de la mort→ link=broertje broertjezich dood vervelen • s'ennuyer à mourirzich dood werken • se tuer au travail -
5 Teufel
Teufel〈m.; Teufels, Teufel〉♦voorbeelden:armer Teufel! • arme drommel, stakker(d)!da hat der Teufel seine Hand im Spiel • het is of de duivel ermee speeltder Teufel soll dich holen! • de duivel hale je!sich 〈 3e naamval〉 den Teufel auf den Hals laden • zichzelf in de moeilijkheden, nesten werkenda ist der Teufel los • het gaat (er) daar woest aan toeden Teufel an die Wand malen • het noodlot uitdagenjemanden reitet der Teufel • iemand is van de duivel bezetendes Teufels sein • helemaal gek zijnder Teufel steckt im Detail • het venijn zit in de details〈 informeel〉 ich werde den Teufel tun! • dat doe ik om de dooie dood niet!das weiß der Teufel • dat mag Joost wetenkein Teufel • geen kip, hondauf Teufel komm raus • maar raak, tegen de klippen oper hat den Teufel im Leib • hij is van de duivel bezetenzum Teufel! • verdorie!zum Teufel mit dir! • loop naar de pomp!eine Sache geht zum Teufel • iets gaat eraan, om zeepjemanden zum Teufel jagen, schicken • iemand naar de duivel, hel laten lopensich zum Teufel scheren • naar de duivel lopenzum Teufel sein • naar de bliksem, maan, om zeep zijnsich den Teufel um etwas kümmern • zich geen lor, bal van iets aantrekkenTeufel noch mal! • verdorie (nog aan toe)!hinter einer Sache her sein wie der Teufel hinter der armen Seele • bij iets (steeds) als de kippen bij zijner fährt wie der Teufel • hij rijdt als een gekpfui Teufel! • bah!, jakkes! -
6 devil
n. duivel; geest, spook--------v. lastig vallen, martelendevil1[ devl]I 〈eigennaam; voornamelijk Devil; the〉1 duivel2 man/jongen ⇒ donder, kerel♦voorbeelden:devil take the hindmost • ieder voor zich en God voor ons allenthe devil's own luck • geweldige mazzelbe a devil • kom op, spring eens uit de band〈 slang〉 go to the devil! • loop naar de bliksem!there'll be the devil to pay • dan krijgen we de poppen aan het dansenthe devil you will/can • jazeker welthe devil he won't/can't • om de dooie dood nietwhat/where/who the devil • wat/waar/wie voor de duivel(work) like a devil • (zich) uit de naad (werken)a/the devil of an undertaking • een helse klusour John is a devil with the ladies • onze John is een grote versierder→ deep deep/————————devil2II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 pittig gekruid grillen/peperen -
7 the devil he won't/can't
the devil he won't/can't -
8 ich werde den Teufel tun
ich werde den Teufel tun!dat doe ik om de dooie dood niet!Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > ich werde den Teufel tun
-
9 ums Verrecken nicht
ums Verrecken nicht!om de dooie dood niet! -
10 verrecken
-
11 dead
adj. dood; levenloos, gevoelloos; absoluut; pal; dode; holst--------adv. compleet, totaal; zeker; (Slang) extreem, heel (Bv. "Our vacation in the Bahamas was dead good")--------n. dood; ten midden (van), in de kern (van)dead1[ ded] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 hoogte/dieptepunt♦voorbeelden:the dead of winter • hartje winter————————dead2〈 deadness〉1 dood ⇒ overleden, gestorven3 onwerkzaam ⇒ leeg, uit, op♦voorbeelden:leave for dead • voor dood achterlatenthe dead • de dode(n)raise from the dead • uit de dood wekkenrise from the dead • uit de dood opstaandead coal • dove/ 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉dead flame • uitgedoofde vlamdead match • afgebrande luciferthe radio is dead • de radio is uitgevallen/doet het niet (meer)cut out (the) dead wood • ontdoen/verwijderen van ballast/overbodige franje¶ dead as a doornail/as mutton • morsdood, zo dood als een pier〈 slang〉 dead duck • mislukk(el)ing, verliezerdead end • doodlopende straat; impasse, dood puntcome to a dead end • op niets uitlopen〈 sport〉 dead heat • gedeelde eerste (tweede enz.) plaatsbeat/flog a dead horse • oude koeien uit de sloot halenstep into a dead man's shoes • iemand opvolgenwait for a dead man's shoes • op iemands bezit/erfenis/baantje azen〈 informeel〉 dead from the neck up • hersenloos, stompzinnigdead nettle • dovenetelQueen Anne is dead • (dat is) oud nieuwsdead weight • dood gewicht, dode last; 〈 techniek, technologie〉deadweight, draagvermogen, eigen gewicht; 〈 figuurlijk〉 ongedekte schuldgo dead • vastlopen, niet verder kunnen; 〈 figuurlijk〉 opgeven; verbroken worden, uitvallen 〈 van verbinding〉〈 informeel〉 I wouldn't be seen dead in that dress/in there • voor geen geld/goud zou ik me in die jurk/daar vertonenI'll see you dead first • over mijn lijkII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉2 volkomen ⇒ absoluut, compleet♦voorbeelden:in dead earnest • doodernstigdead silence • doodse stilteon a dead level • precies naast elkaar¶ the dead spit of (his father) • het evenbeeld van/precies (zijn vader)————————dead3〈 bijwoord〉2 pal ⇒ vlak, onmiddellijk♦voorbeelden:dead certain • honderd procent zekerdead drunk • stomdronkendead easy • doodsimpelbe dead right • groot gelijk hebbendead slow • met een slakkengangdead straight • kaarsrechtstop dead • stokstijf blijven staandead tired/exhausted • doodop, bekaf2 dead ahead of you • pal/vlak voor je (uit)
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский